Het belang van structuur in een hondenleven: als er in huis regels en structuur worden geboden dan geeft dit de hond duidelijkheid en weet hij waar hij aan toe is. Honden zijn gewoontedieren en vinden dit fijn. Net als de moederhond in het nest regels en beperkingen geeft aan de pups mag jij dit ook doen in huis. Het is belangrijk dat jij een duidelijke leider voor hem bent. Zo weet hij wat zijn rol is binnen jouw huis en het gezin. Met leiderschap bedoel ik het volgende: dat je de hond onderdak geeft, dat je hem te eten geeft, hem veiligheid biedt, hem liefde en genegenheid geeft, een vertrouwensband opbouwt samen, er voor hem bent als hij jou nodig heeft, dat je de hond bescherming biedt, dat je duidelijkheid en structuur biedt en dat je regels en beperkingen opstelt, net als de moederhond in het nest.
Regels binnen een gezin, zoals de tafel afruimen, jas ophangen, aan tafel blijven zitten totdat iedereen klaar is met eten, vinden wij heel normaal. Grenzen zoals voor het donker thuis komen en niet met vreemde mensen meegaan geven wij ook aan onze kinderen mee. Als kinderen de grenzen overschrijden dan kunnen daar consequenties aan zitten zoals een dag niet gamen, of een avond op tijd naar bed. Ook honden hebben regels en grenzen nodig. Daarmee geven we ze duidelijkheid en structuur in hun leven, net als bij onze kinderen. Let wel, vergelijk jouw hond echter niet met jouw kind. Regels en grenzen zijn voor beide goed, maar jouw hond blijft een hond en deze mag je niet gaan vermenselijken.
Om samen te kunnen werken zijn er regels en structuur nodig in een hondenleven. Om een goede relatie op te bouwen dien je rekening te houden met de behoeften van elkaar. Als jij aan de behoeften van jouw hond kan voldoen zal hij jou belonen met groot vertrouwen, respect en onvoorwaardelijke liefde.
De hond ligt op zijn plaats als ik / het gezin aan tafel eet (ontbijt – lunch – avondeten). Dit is meteen een stukje impulscontrole. Geef de hond ook iets lekkers zoals een gevulde kong.
De hond mag niet met zijn poten op tafel springen.
De hond mag niet schooien.
De hond mag wel / niet op de bank liggen.
De hond mag niet opspringen.
De hond mag niet blaffen voor de raam.
Je kunt zelf zoveel regels bedenken als jij wilt.
Het is belangrijk als je een regel invoert dat je dan consequent blijft in de uitvoering hiervan. Het moet duidelijk voor de hond zijn wat de bedoeling is. Ben je niet altijd consequent dan geeft dit verwarring bij de hond en weet hij niet wat jij precies van hem verwacht. Dit resulteert in (in jouw ogen) ongewenst gedrag.
Honden leven in onze mensenwereld. Wij denken dat ze van alles uit zichzelf begrijpen, maar dat is niet zo. Ze doen heel erg hun best, maar hoe moet een hond begrijpen wat het verschil is tussen een stoep en een weg, wat jij bedoelt met al jouw woorden, wat de bedoeling is van dat hele grote hok waar ze in moeten wonen, want dat is hoe ze ons huis zien. Omdat wij honden in onze mensenwereld hebben gehaald hebben zij duidelijkheid en structuur nodig om zich aan te passen. En dit moeten wij hen leren. Mensen willen nu eenmaal een hond met sociaal wenselijk gedrag, niet met ongewenst gedrag. Als we geen regels, duidelijkheid en structuur toevoegen in zijn hondenleven dan zal hij puur instinctief gaan handelen en dan kan er van alles fout gaan. Een hond is namelijk instinctief gericht op eten en drinken, onderdak en veiligheid, sociale contacten en voortplanting. Het instinct is van binnenuit een drive om actie te ondernemen. Zonder regels en structuur bepaalt hij zijn eigen regels. Dit is vaak niet het sociale wenselijk gedrag wat wij van hem willen zien.
Structuur in een hondenleven breng je aan door onderstaande 3 punten.
1. Regels. Leer een hond wat wel en niet mag in huis.
2. Een dagschema zodat de invulling van de dag zich herhaalt, dit geeft duidelijk voor de hond. Een voorbeeld van een dagschema is in dit hoofdstuk toegevoegd.
3. Laat merken welk gedrag gewenst en ongewenst is. Honden hebben duidelijkheid nodig om weten wat de bedoeling is. Als jij aangeeft wat je van de hond verwacht en ervoor zorgt dat je elke keer dezelfde boodschap uitzendt dan leert de hond wat het gewenste gedrag hierbij is.
Zorg dat je zelf kalmte en zelfvertrouwen uitstraalt. Wordt jij onzeker, dan pikt de hond dit op. Honden zijn onze spiegel, zij gaan mee in onze energie. Een kalme en positieve energie is belangrijk. Heb je dit niet, dan voelt de hond meteen dat er iets niet klopt. Maar wat is nu precies een kalme, positieve energie?
INTENTIE + GEVOEL = ENERGIE
Voorbeeld 1:
Jouw intentie is: Ik ga de hond uitlaten.
Jouw gevoel is: Ik heb er helemaal geen zin in.
Jouw energie is: niet goed. Jouw actie strookt niet met jouw gevoel.
Ga in dit soort situaties nooit trainen met je hond. Hij voelt meteen dat er disbalans is en zal hierdoor minder goed leren.
Voorbeeld 2:
Jouw intentie is: Ik ga de hond uitlaten.
Jouw gevoel is: Ik heb er zin in!
Jouw energie is: goed. Je bent in balans, jouw actie en gevoel komen overeen met elkaar.